Zijn zoetstoffen onschuldig?
Zijn zoetstoffen onschuldig?
Laatste update: 31-10-2024
Dat te veel suiker niet goed voor je is, weet iedereen. Het is een van de redenen dat fabrikanten vaker zoetstoffen gebruiken in producten. Ze hebben soms futuristische namen, zoals aspartaam, sucralose en acesulfaam-K. Wat zijn dit voor stoffen en kunnen ze eigenlijk kwaad?
Redacteur: Paul Koster
Wat zijn zoetstoffen?
Zoetstoffen worden vaak gebruikt als vervangers voor suiker. Ze smaken zoet, maar bevatten vaak veel minder of bijna geen calorieën. Daarom worden ze vaak als gezonder gezien. Zoetstoffen zitten in veel verschillende soorten producten, zoals frisdranken, sauzen, zuivel en snoep.
Natuurlijke zoetstoffen komen onder andere uit planten, bomen en fruit. Voorbeelden zijn Stevia en honing. Kunstmatige zoetstoffen worden gemaakt in fabrieken. Voorbeelden zijn aspartaam en sacharine. Deze stoffen zijn vaak nog veel zoeter dan suiker, waardoor je er minder van nodig hebt om een product zoet te maken. Kunstmatige zoetstoffen lijken misschien iets van nu, maar ze bestaan al sinds de 19e eeuw. De oudste kunstmatige zoetstof, sacharine, is in 1879 ontdekt.
Zijn zoetstoffen gevaarlijk?
Voordat fabrikanten in de Europese Unie zoetstoffen mogen gebruiken, moet de European Food Safety Authority (EFSA) ze eerst goedkeuren. De EFSA test de verschillende stoffen op veiligheid en stelt vast hoeveel ervan fabrikanten mogen toevoegen aan een product. Alle stofjes die mogen worden toegevoegd aan voedingsmiddelen krijgen een code, een E-nummer.
Onderzoekers van de EU bepalen voor alle E-nummers een Aanvaardbare Dagelijkse Inname (ADI). De ADI geeft aan hoeveel je elke dag van een stof mag binnenkrijgen zonder dat het leidt tot gezondheidsschade. Meestal berekenen de onderzoekers aan de hand van dierproeven hoeveel van een stof dieren kunnen innemen zonder dat ze last krijgen van negatieve effecten. Voor mensen kan een stof gevaarlijker zijn dan voor dieren. Daarom delen de onderzoekers de maximale veilige hoeveelheid daarna nog door 100. Dat is de ADI. Zo weten we zeker dat er geen producten met te hoge doseringen van een stof in de winkel komen.
Bij het Voedingscentrum vind je informatie over de effecten van zoetstoffen op je lichaam, zoals op je tanden, bloedsuikerspiegel en darmen.
Waarom denken sommige mensen dat zoetstoffen gevaarlijk zijn?
Lightproducten en zoetstoffen zijn populair, maar tegelijkertijd zijn sommige mensen bezorgd over de gezondheidsrisico’s. Ondanks al het onderzoek naar de veiligheid van zoetstoffen doen er namelijk al jarenlang horrorverhalen de rondte op het internet over de verschillende zoetmakers. Soms halen influencers en critici daarbij ook onderzoeken aan, alleen gaat het niet altijd om betrouwbare en onafhankelijke onderzoeken. Ook worden uit de resultaten soms verkeerde conclusies getrokken.
Al in de jaren 1960 en 1970 zijn er verhalen over zoetstoffen die gevaarlijk zouden zijn. De zoetstof sacharine is dan erg populair in de Verenigde Staten. Maar in 1977 wil de Amerikaanse Food and Drugs Administration het gebruik van sacharine verbieden. Tijdens een onderzoek blijkt dat ratten die zijn gevoerd met sacharine blaaskanker kunnen ontwikkelen. Later komt naar buiten dat de onderzoekers een verkeerde conclusie hebben getrokken, maar het imago van sacharine is dan al beschadigd. Ook blijft het op Amerikaanse voedseletiketten tot 2000 verplicht om te waarschuwen voor de mogelijke gevaren van sacharine.
Wat is aspartaam?
Aspartaam is volgens sommige influencers, foodblogs en critici erg slecht voor je. In 1982 gaan fabrikanten voor het eerst aspartaam als zoetstof gebruiken. Het is een alternatief voor sacharine, dat een slecht imago heeft en ook nog eens een metalige nasmaak achterlaat. Aspartaam bevat, net als sacharine, bijna geen calorieën. En het is ongeveer 200 keer zoeter dan suiker. Er is dus weinig van nodig om een drankje zoet te maken.
Er gaan onder andere verhalen rond dat er risico’s ontstaan wanneer je lichaam aspartaam afbreekt. Onderzoek wijst uit dat je lichaam aspartaam afbreekt in verschillende stoffen, waardoor onder andere een kleine hoeveelheid van het giftige methanol ontstaat. Maar, zegt hoogleraar voedingsleer Martijn Katan, dat gebeurt ook als je groente of fruit eet en is niet gevaarlijk: “De hoeveelheid methanol die in je lichaam vrijkomt na het drinken van cola light, is vergelijkbaar met wat er vrijkomt nadat je een klein appeltje hebt gegeten. Je lichaam kan dat heel goed afbreken en verwerken."
Er is in de afgelopen decennia veel onderzoek gedaan naar de mogelijke gezondheidsrisico’s van aspartaam. Steeds weer blijkt dat aspartaam niet schadelijk is en er is geen overtuigend bewijs dat aspartaam kanker kan veroorzaken. Omdat veel mensen nog steeds bezorgd zijn over aspartaam, blijft de EFSA onderzoek doen naar de zoetstof. In 2011 start een enorm onderzoek waarin 600 studies gecombineerd worden. Daarnaast heronderzoeken de wetenschappers 112 studies naar aspartaam uit de jaren 80. Er komen geen gevaren bovendrijven uit dit project. Aspartaam is volgens hen veilig.
Toch staan er waarschuwingen op cola light en andere frisdranken met aspartaam: ‘bevat een bron van fenylalanine’. Dit ziet er uit als een waarschuwing voor gezondheidsrisico’s. Gelukkig hoeven de meeste mensen zich hier geen zorgen over te maken, want deze waarschuwing is bedoeld voor mensen die de erfelijke stofwisselingsziekte fenylketonurie hebben. De waarschuwing op het etiket is dus eigenlijk een soort allergiewaarschuwing.
In het kort
Zoetstoffen zijn een alternatief voor suiker in bijvoorbeeld frisdranken, koffie en bakproducten. De EU onderzoekt de zoetstoffen grondig voordat fabrikanten ze mogen gebruiken.
De ADI geeft aan hoeveel je van een bepaalde stof mag binnenkrijgen. Bij normaal gebruik van zoetstoffen kom je daar nooit aan.
Sommige mensen vertrouwen zoetstoffen en lightproducten niet. Dat komt vooral door geruchten op internet over de gezondheidsrisico’s van aspartaam.
In 2013 is de stof aspartaam opnieuw onderzocht door het EFSA. Er blijken geen risico’s aan het gebruik van de zoetstof te zitten.
Geraadpleegde bronnen
En je weet het!
Anderen het laten weten?