Hoe kunnen Chinese webshops zo goedkoop zijn?

Bedrijven die hun spullen of diensten alleen online aanbieden (dus geen fysieke winkels hebben) noemen we e-commerce bedrijven. Het allergrootste e-commercebedrijf ter wereld is het Amerikaanse Amazon. Maar als je kijkt naar de e-commercemarkten per land, heeft China de grootste. Met webshops zoals AliExpress, Temu en Shein.

Chinese webshops zijn vaak een stuk goedkoper dan Amazon of Bol. Daar zijn een aantal redenen voor. Eén daarvan is dat ze op verschillende manieren de productiekosten drukken. In onderstaande video legt een retaildeskundige uit op welke manieren de Chinese producenten voordelen hebben ten opzichte van de winkels in onze bekende winkelstraat.

Veel Chinese bedrijven besteden hun productieproces uit. Dat betekent dat de meeste webshops niet hun producten zelf maken, maar dat door externe fabrieken laten doen. Dat gaat vaak met een bieding: fabrieken stellen een prijs voor waarvoor ze de producten van de webshop kunnen maken. De fabriek die het goedkoopst kan produceren, mag voor de webshop aan de slag. Naast dat ze hiermee de productiekosten laag houden, kunnen ze ook de verantwoordelijkheid van zich afschuiven wanneer er iets mis is met het product.

In Europa kennen we verschillende wetten die ervoor zorgen dat producten veilig voor ons zijn en aan een bepaalde standaard voldoen. Bijvoorbeeld de CE-markering, die laat zien dat het product voldoet aan de eisen voor veiligheid, gezondheid en milieubescherming volgens Europese wetgeving. Of de zogenaamd REACH-wetgeving, die ervoor zorgt dat er niet teveel chemische stoffen in een product zitten.

Deze wetten gelden in principe ook voor Chinese producten wanneer ze naar Europa worden geëxporteerd. Maar door de enorme hoeveelheid pakketjes die dagelijks uit China binnenkomen is het onmogelijk om ze allemaal te controleren. Daarnaast proberen veel webshops de douane doelbewust te omzeilen.

Het komt bijvoorbeeld weleens voor dat er schadelijke stoffen in de Chinese producten zitten. Een manier waarop de fabrikanten de prijs zo laag kunnen houden is door te besparen op kwaliteit. Soms kan een product daardoor van slechte kwaliteit zijn en snel stuk gaan. Maar in het ergste geval koop je een product dat is gemaakt met te veel schadelijke chemicaliën. Hoe dat kan gebeuren en wat deze stoffen met je doen zie je in de volgende video.

Veel Chinese bedrijven krijgen in verschillende mate hulp van de Chinese overheid. Allereerst investeert de overheid veel in deze enorme bedrijven. Dat doen ze door via de beurs zogenoemde ‘gouden aandelen’ te kopen. Met de invloed die deze aandelen kopen krijgt de overheid zeggenschap over belangrijke beslissingen van het bedrijf. Op deze manier probeert de Chinese overheid controle te houden over de eigen markt. En door het verkopen van deze aandelen krijgt het bedrijf een groot geldbedrag waarmee het kan groeien.

Daarnaast geeft de Chinese overheid ook allerlei belastingvoordelen aan deze bedrijven. Bijvoorbeeld wanneer een bedrijf producten naar het buitenland exporteert, krijgt deze de betaalde BTW terug van de overheid. Ook hoeven hele grote bedrijven minder winstbelasting te betalen. Namelijk maar 15% in plaats van 25%.

Deze bedrijven verzenden waanzinnig veel producten naar de hele wereld. Ze maken afspraken hierover met lucht- en scheepvaartmaatschappijen om elke dag hun miljoenen pakketjes voordelig naar het buitenland te vervoeren. Er worden dan niet alleen afspraken gemaakt over de prijs, maar ook om te verzekeren dat er altijd genoeg ruimte is in de schepen en vliegtuigen om zoveel mogelijk pakketjes naar het buitenland te versturen in een zo kort mogelijke tijd. Sommige van deze maatschappijen zijn, deels of volledig, onderdeel van de Chinese overheid.

Veel Europese ondernemers zeggen niet met de Chinese bedrijven te kunnen concurreren. Omdat zij wel alles netjes produceren volgens de strengere Europese productiewetten. Dit zorgt voor een duurder productieproces en uiteindelijk een duurder product. In 2025 kondigt de EU aan dat ze een importheffing op kleine pakketjes toe willen passen. Momenteel is het zo dat kleine pakketjes hier van zijn vrijgesteld.

Op het gebied van verkooptactieken houden veel van dit soort e-commercebedrijven zich niet aan de Europese regels. Het is geen geheim dat de meeste bedrijven aan sluwe marketing doen zoals gerichte reclame en aanbiedingen. Maar bedrijven als AliExpress en Shein breken zelfs weleens de wet. Zo eisen verschillende Europese consumententoezichthouders in 2025 dat Shein hun website aan moet passen vanwege allerlei overtredingen.

Volgens de Nederlandse waakhond ACM verbreken ze de onder andere de volgende regels:

• Nepkortingen: de prijs als korting presenteren, terwijl het geen echte korting is.
• Je misleiden met neppe aftelklokken en schaarsteclaims. Om je zo onder druk te zetten om het product te kopen.
• Geen informatie over je rechten zoals retourrecht en terugbetaling.
• Contactgegevens worden verborgen, waardoor het je moeilijk wordt gemaakt om contact te leggen met de klantenservice.

Daarnaast gebruiken veel webshops ook gamification op hun website. Dat is een marketingtechniek die spelelementen aan het shoppen toevoegt. Denk bijvoorbeeld aan een kaartspelletje dat je online op de website van de webwinkel doet. Wanneer je het spelletje wint, krijgt je korting op je volgende aankoop. Waarom dit gevaarlijk kan zijn, met name voor jongeren, zie je in onderstaande video.

Tot slot zijn de meeste Chinese e-commercebedrijven niet transparant over hoe ze met gebruikersdata omgaan. Zo weten Europese toezichthouders niet altijd goed welke data ze allemaal verzamelen. Webshops zoals Temu zijn in het verleden al vaker beschuldigd van het schenden van de privacy van de gebruikers. In het ergste geval spelen de bedrijven deze data door naar China. De webshops gebruiken deze data om gerichte marketing op je los te laten. Hierdoor zie je bijvoorbeeld vaker advertenties op je tijdlijn voorbijkomen die precies de producten aanbieden waar je naar op zoek bent. Dan ben je sneller geneigd opnieuw te gaan shoppen.