Wat is hindoeïsme?
Wat is hindoeïsme?
Laatste update: 12-08-2024
Het hindoeïsme is één van de oudste nog bestaande religies ter wereld, waarvan de meeste aanhangers in India wonen. Het geloof kent vele goden, niemand weet zelfs precies hoeveel. Toch geloven hindoes – in tegenstelling tot vaak gedacht wordt – uiteindelijk maar in één god.
Redacteur: Eva Munnik
Wat geloven hindoes?
Het hindoeïsme vindt haar oorsprong vier- tot vijfduizend jaar geleden in het huidige Pakistan, Afghanistan en India. Bij de rivier de Indus woont in die tijd een volk dat verschillende goden aanbidt. Andere volkeren trekken naar hetzelfde gebied en nemen hun goden en rituelen mee. Volgens sommige theorieën vallen rond 1500 voor Christus de Ariërs de Indusvallei binnen en verspreiden zich door Noord-India. Ook zij aanbidden allerlei natuurgoden en ook hun geloof mixt met dat van de lokale bevolking.
Hindoeïsme is eigenlijk niet één religie maar wordt gevormd door verschillende oude Indiase godsdiensten. Daarbij speelt ook het filosofische gedachtengoed van grote denkers of zieners, Rishi's genaamd, een rol. Geloof, rituelen, filosofie en ideeën van deze Rishi's worden steeds overgeleverd, tot de samensmelting die we nu het hindoeïsme noemen. Hindoes zelf noemen hun geloof sanatana dharma, wat ‘eeuwige leer’ betekent. De naam hindoeïsme is in de negentiende eeuw bedacht door westerlingen.
Hindoes noemen hun geloof sanatana dharma – de eeuwige leer.
De religie heeft geen stichter waarin alle hindoes hun inspiratie vinden. Wat en hoe hindoes geloven is zeer divers. Eensgezind denken ze over reïncarnatie: het voortleven van je ziel in een ander mens of dier. Hoe fijn je volgende leven is, wordt bepaald door hoe je je in je huidige leven gedraagt, karma. Als je een slecht mens bent, kun je zomaar terugkomen in een lage levensvorm.
Hindoes zien verlossing van die reïncarnatiecyclus als het doel van het leven. Met elk nieuw leven kom je dichterbij moksha, het moment dat je niet meer hoeft te reïncarneren en je ziel opgaat in brahman, de goddelijke kracht. Als je je best hebt gedaan tenminste en positief karma hebt verzameld. Dharma is een belangrijk streven voor vrome hindoes, dit gaat uit van het principe dat er een natuurlijke ordening in de schepping zit. Mensen moeten streven naar harmonie in zichzelf en met anderen. Ze mogen hun omgeving niet schaden. Naast moksha en dharma hebben hindoes als doel ook artha (welstand) en kama (genieten van alles dat de schepping heeft voortgebracht).
Hoeveel goden hebben hindoes?
De belangrijkste drie goden zijn: Brahma, Vishnoe en Shiva. Hindoes kennen, net als christenen, een drie-eenheid: Brahma (niet te verwarren met de eerder genoemde brahman) is de schepper, Vishnoe is de beschermer en Shiva is de verwoester die zo ruimte maakt voor nieuwe dingen.
De religie heeft vele goden, maar eigenlijk geloven hindoes maar in één goddelijke kracht in het universum. Volgens hen zijn alle andere goden gedaantes van die ene goddelijke kracht, brahman. Sommige hindoes – de shaivieten – geloven alleen in Shiva, de vaishnavieten aanbidden Vishnoe als hoofdgod en voor de Hare Krishnabeweging is Krishna de oppergod.
Brahma, Vishnoe en Shiva
Hindoegoden hebben op plaatjes vaak meerdere hoofden en armen. Het voorwerp waarmee ze afgebeeld worden, staat voor hun speciale krachten. Brahma heeft vier handen en vier gezichten die naar de windrichtingen kijken. Brahma’s vrouw is Saraswati, de godin van de kunsten. Vishnoe rijdt vaak op een adelaar. Hindoes geloven dat Vishnoe negen keer gereïncarneerd is op aarde. Een van zijn incarnaties – avatara’s in het Sanskriet – is Boeddha en een andere Krishna. Lakshmi, Vishnoe’s vrouw, is de godin van de schoonheid en welvaart. Shiva wordt vaak afgebeeld op een stier met een drietand, hij heeft vier armen en op zijn voorhoofd het derde oog. Zijn vrouw is Parvati. Andere bekende goden zijn Rama, Krishna, Ganesha en Durga.
Hoe leven hindoes?
Wereldwijd zijn er bijna een miljard hindoes. De meesten wonen nog altijd in India, daar is ruim tachtig procent van de bevolking hindoe. Ook in Nepal vormen ze een religieuze meerderheid. Verder leven hindoes in onder meer Pakistan, Sri Lanka, het Midden-Oosten, Fiji en Mauritius. Door emigratie wonen er veel in westerse landen. Vanaf eind negentiende eeuw vertrekken ze naar Amerika, Canada, Engeland en Suriname om te werken. Nederland telt ongeveer een kwart miljoen hindoes, vooral Surinaamse Nederlanders.
Hindoes zijn vaak vegetariër. Vrome hindoes vinden dat je niet mag doden voor voedsel. De koe is heilig binnen het hindoeïsme, want het dier is de ultieme moederfiguur en bovendien voorziet de koe mensen van oudsher van melk. Als hindoes al vlees eten, dan nooit rund.
Hindoes hebben hun eigen traditionele geneeskunst, deze heet ayurveda en is duizenden jaren oud. Verder dragen hindoes soms een rode stip op hun voorhoofd. Sommigen doen dat omdat ze het mooi vinden, anderen zien het als religieus symbool. In de tempel smeert de priester ook vaak iets op het voorhoofd van bezoekers. Deze tilaka is een soort zegen. De rode stip kan ook aangeven dat iemand getrouwd is of voor een derde oog staan, het contact met de goden. De stippen kun je in India gewoon, zelfklevend en al, in de winkel kopen.
In tegenstelling tot andere grote religies kent het hindoeïsme niet één heilig boek, maar meerdere heilige boeken. De heilige boeken van hindoes worden onderscheiden in twee categorieën. Shruti – het woord van God – is rechtstreeks afkomstig van het Goddelijke en heeft de hoogste autoriteit. Daarnaast zijn er smriti: heilige boeken die door mensen zijn opgetekend en overgeleverd. De oudste shruti zijn de Veda’s. Deze zijn ruim drieduizend jaar oud en geschreven in het Sanskriet, de heilige taal van India die niet meer wordt gesproken.
Hindoes bidden niet tot hun god of goden, maar vereren hun goden. Ze houden diensten in tempels, die vaak opgedragen zijn aan een bepaalde god of godin. Van die god of godin staat er een beeld in het gebouw. In tempels gaan de schoenen uit. Hindoetempels zijn luidruchtige plekken, niet alleen vanwege het gezang maar vooral vanwege de tempelbel. Deze harde bel mogen hindoes luiden als ze binnenkomen en weggaan. Hindoes offeren aan hun god of goden in de tempel. Ze leggen bij het beeld van hun god fruit, bloemen, geld of wierook. Vaste regels voor bidden of tempelbezoek zijn er niet. Je gaat wanneer je wilt en offert wat je wilt.
Hindoes hebben niet alleen veel goden, maar ook veel feestdagen. Eén van de bekendste is het Holifeest, een uitbundige viering om het voorjaar in te luiden. Hindoes bouwen ‘s avonds grote brandstapels waarop ze poppen van de heks Holika verbranden. Symbolisch vernietigen ze zo het kwade. De volgende dag trekken ze oude kleren aan en overgieten elkaar met gekleurd poeder.
Het Holifeest in beeld
Een belangrijk feest is Divali, het vijfdaagse lichtjesfeest. Hindoes vieren dan de overwinning van het goede op het kwade, het licht op de duisternis. Gelovigen versieren rond de donkerste nacht van het jaar hun huizen met lichtjes en steken vuurwerk af. Hindoes vieren jaarlijks tientallen feesten en dat is nog maar een klein deel van alle officiële festiviteiten.
In het kort
Hindoeïsme is eigenlijk niet één religie maar wordt gevormd door verschillende oude Indiase godsdiensten. Hindoes zelf noemen hun geloof sanatana dharma wat ‘eeuwige leer’ betekent.
Hindoes geloven dat je reïncarneert na je dood. Hoe fijn je volgende leven is, wordt bepaald door hoe je je in je huidige leven gedraagt, karma.
De religie heeft vele goden, maar eigenlijk geloven hindoes maar in één god. Alle andere goden zijn gedaantes van die één goddelijke kracht, brahman.
Hindoes hebben hun eigen tradities, heilige boeken, feesten en regels.
En je weet het!
Anderen het laten weten?