Waarom krijg je zo moeilijk een vast contract?
... en je weet het
Waarom krijg je zo moeilijk een vast contract?

Je bent klaar met je opleiding en kan direct aan de slag bij een bedrijf, inclusief vast contract. Vroeger was dat de normaalste zaak van de wereld, maar tegenwoordig gaat dit een stuk lastiger.
“Je bent behoorlijk kwetsbaar.”
Flexwerker Brenda de ZeeuwNieuwsuur
In de jaren 60 en 70 krijgen werknemers vaak een vast contract.
Dat betekent baanzekerheid en wie zijn baan toch verliest, ontvangt een vergoeding.
Door de economische crisis in de jaren 80 verliezen zo’n 639.000 werknemers hun baan in ruim 3 maanden tijd.
De kantonrechter die de ontslagvergoeding moet goedkeuren krijgt het razend druk. Voor jongeren is nauwelijks werk beschikbaar.
In de jaren 90 is een 'gouden handdruk', oftewel een premie, bij ontslag heel normaal.
Maar de werkgever is duur uit en komt met moeite van zijn werknemer af. Daarom huurt hij tijdelijke arbeiders in via het uitzendbureau, of een zzp'er.
Tegenwoordig heeft slechts de helft van werknemers tussen de 45 en 65 jaar nog een vast contract. Tussen de 25 en 45 jaar is een flexcontract het meest gangbaar.
Dit pakt voor de werkgever veel gunstiger uit dan voor de werknemer.
Werkgevers bieden liever een flexcontract, omdat:
- Het tijdelijke dienstverband vanzelf afloopt
- Het doorbetalen van de werknemer bij ziekte beperkt is
- Een bedrijf sneller kan inspelen op (markt)omstandigheden
- Seizoensinvloeden beperkt worden
- Het flexcontract als een lange proefperiode kan dienen
Ondanks aanpassingen in de wet blijft het moeilijk om na losse contracten een vaste baan te krijgen:
Hoewel er ook mensen zijn die graag zzp'er zijn, verlangen de meeste mensen naar een vaste baan.
Zoals Jaleese die geen vast contract kreeg na haar zwangerschap:
Ik wil graag een vast contract.
En je weet het!
Je krijgt tegenwoordig veel minder snel een vast contract dan vroeger. Werkgevers geven liever een tijdelijk contract omdat dat flexibeler is.